zaterdag 26 oktober 2013

Schrijver versus Spelbreker

Het was eind zomer... ik denk een jaar of zes geleden.
Ik zat aan de tuintafel met een goede vriend van me. We zaten wat te kletsen en ik zei op een gegeven moment; 'Weet je wat ik nou eigenlijk heel graag zou willen he?'
De vriend keek me vragend aan
'Ik zou graag willen schrijven, gewoon schrijver willen zijn...'
De vriend schoot in de lach...
'Nou', zei hij ...'zo ziet het er niet naar uit. Zie je hoe je er bij zit??'
Ik keek naar mezelf en zag dat ik met mijn ellebogen op de tafel leunde en mijn handen ondersteunden mijn hoofd.
Geen sprankje enthousiasme ...  geen vleugje kracht.
'Waarom schrijf je dan niet?' vroeg hij
Ik haalde mijn schouders op....

Hij vroeg me om de Schrijver in mij naar boven te laten komen en daarnaast de Diana die me op de een of andere manier steeds belemmerde  om te gaan schrijven. Die mocht ik ook een naam geven. Het werd De Spelbreker.
Ik mocht ze beide in een tuinstoel zetten ... denkbeeldig.
En toen vroeg de vriend mij om in de eerste stoel te gaan zitten.
Het was de stoel van de Schrijver.
Ik ging zitten en voelde me down en suf en bijna een mislukkeling. Ik zag in elkaar gezakt ... bluh.
Toen vroeg de vriend of ik in de stoel van de Spelbreker wilde gaan zitten.
En daar zat ik, kaarsrecht, armen over elkaar, helder, krachtig! Wow! Wat een verschil.


Aansluitend vroeg hij me om voor beide stoelen te komen staan en de Spelbreker en de Schrijver met elkaar in gesprek laten gaan. Eerst wel wat raar, want er zat immers niemand echt in de stoelen in de tuin.
Ik mocht verwoorden wat de Schrijver zei en daarna wat de Spelbreker antwoorde.
De Schrijver gaf aan dat ze graag zou willen schrijven en dat ze het niet fijn vond dat de Spelbreker er altijd tussen zat, dat er altijd wat voor gezet werd.
De Spelbreker luisterde en kon het wel begrijpen, dacht dat de Schrijver angst had en zorgde daarom voor afleiding.
De Schrijver gaf aan dat ze het graag wilde ontdekken allemaal....

Het gesprek werd afgerond en we gingen weer aan de tuintafel zitten. Het gevoel was anders, de energie veranderd. Ik zat rechtop, voelde me krachtiger.

De vriend zei dat hij richting huis zou gaan en vroeg me wat ik zo ging doen.
'Schrijven', was mijn bijna logische antwoord.
'En de Spelbreker?', vroeg hij.
'Die blijft maar mooi buiten', zei ik, maar verbeterde mezelf meteen; 'O nee, die mag in de bijkeuken, want het wordt wat vochtig buiten vanavond.' We schoten samen in de lach.

Het was wel duidelijk wat er gebeurd was; ik had in mezelf ruimte gecreƫerd, overleg gepleegd en aangegeven waar de struikelblokken zaten.

Toen ik de vriend had uitgezwaaid ben ik met mijn laptop op de bank gaan zitten en heb ruim vier uur achter elkaar aan mijn boek 'Leid me... als ik luisteren wil!' geschreven. Niet gestoord, niet afgeleid en niet geplaagd door wat dan ook!

Geen opmerkingen: