dinsdag 31 januari 2012

Kristal Momentjes zijn verhuisd








Ruim 5 jaar lang heb ik Kristal Momentjes de wereld in gestuurd. Honderden mensen die met regelmaat een passende tekst in hun mailbox ontvingen.
Vanaf heden zullen de nieuwste Kristal Momentjes hier op deze blog geplaatst gaan worden.

Bezoek deze blog dan ook met regelmaat of ontvang mijn nieuwsbrief (mail hiervoor naar diana@delemniscaat.nl) zodat ik je op de hoogte kan houden wanneer er een nieuw Kristal Momentje geplaatst wordt.

maandag 16 januari 2012


Heerlijk, boven op mijn kamertje. De waterkan gevuld met warm water, wierookje aan en een lekker muziekje op. De blauwe stoel nodigt uit. Dan vandaag maar niet aan het bureau. Vanaf de stoel kan ik mijn nieuwe kroontjespen ook veel beter zien. Als ik aan het bureau ga zitten dan staat mijn scherm in de weg. Nu kan ik hem zo zien staan glimmen! Wat een plaatje en wat nodigt het me iedere keer weer uit om te schrijven.



Mijn boek 'Leid me...' komt over een paar weken opnieuw uit. Ik ben heel benieuwd hoe de omslag in het echt is en hoe het boek me nu voelt. Groter van formaat, andere lay-out, ja zeker spannend. De bestellingen druppelen binnen. Fijn te zien dat mensen deze nieuwe druk opnieuw aanschaffen. Mailtjes van voor mij onbekende mensen, die me mailen dat ze al een exemplaar bij de boekhandel besteld hebben. Mooi!

Ondertussen zit ik in mijn blauwe stoel. Voetjes op de bureaustoel en mijn vingers over de toetsen van mijn laptop. Woorden, zinnen, de wereld wordt langzaam buitengesloten, ik ga verder en verder op in de tekst die ontstaat.
Mijn nieuwe boek in wording.
Over een paar maanden wil de uitgever graag het manuscript ontvangen. Dan is mijn boek zeker af. Dat gaat lukken.
Geen dik boek dit keer, maar meer een boekje om bij de hand te houden en door te bladeren, als je het even niet meer weet.



Het boekje voelt liefdevol en zacht. Ik werk er heel graag aan. Het geeft me een warm en betrokken gevoel.

De blauwe stoel biedt me mijn plekje vandaag en mijn uitzicht is prachtig: mijn nieuwe kroontjespen! Laat de woorden maar vloeien....

zaterdag 7 januari 2012

Lees mee in mijn boek Leid me... als ik luisteren wil.


In maart wordt mijn boek Leid me... als ik luisteren wil, opnieuw uitgegeven. Een andere omslag, meer pagina's, groter formaat.
Wil je het boek bestellen, mail dan naar mail@dianavanbeaumont.nl of kijk op mijn website voor alle ins and outs over het boek.

Ik wil je hierbij alvast een inkijk geven ... een deel uit een hoofdstuk...


De tweede sessie gingen we in een geleide meditatie. Ik liet de insteek van de vorige sessie los en ging open minded deze ronde in. En ik mag blij zijn dat ik het los heb gelaten. Want tijdens deze meditatie kreeg ik glashelder het antwoord, waarom ik niet doorzette met het schrijven van mijn boeken. Confronterend, maar duidelijk!
Toen ik mijn ogen sloot, zag ik een steile berg. Een mooie dag. Ik had geen idee in welk land de berg stond, maar dat was ook niet van belang… En daar, aan die berg, daar hing ik. Ik was aan het klimmen. Op weg naar de top van de berg. Het leek of ik in deze meditatie naar mezelf keek, anders dan bij het boek en de deur met het struikje. Daar had ik vanuit mezelf de beelden gezien. In deze meditatie keek ik van een afstand naar mezelf. Ik zag mezelf klimmen langs de berg. De vrouw vroeg me waar de berg symbool voor stond. Mijn boek. Dat voelde ik. Dat wist ik. Ik ging goed. Er waren geen touwen om me vast te houden. Gewoon klimmen en klauteren. De vrouw begeleidde me verder en verder. Tot ik bij een stuk kwam waar ik absoluut niet verder wilde. Er waren brokkelige keien en ik durfde daar niet overheen. Ik wilde wel heel graag, maar durfde simpelweg niet. Ik had de overtuiging dat ik zou vallen. Op de vraag waar de brokkelige keien voor stonden, antwoordde ik heel stellig en zonder twijfel dat dat stukken uit mijn verleden waren. Uit mijn laatste relatie. Kijk, daar waren we ineens een stukje verder. Het weerhield me ervan om naar de top te klimmen. De onzekerheid die in de relatie was ontstaan, stak hier duidelijk weer de kop op.
‘Wat heb je nodig om over dit brokkelige deel te klimmen?’, vroeg de dame.
‘Lef!’, antwoordde ik. Er was lef voor nodig, om dat helse stuk over te steken.
‘En is er lef aanwezig bij je?’
Ik schudde mijn hoofd.
‘Wil en angst zijn aanwezig. Geen lef.’
‘Hoe ziet de wil eruit?’ De vrouw wilde deze stukken duidelijk inzichtelijk krijgen.
Ik zag de wil als een witte bol.
‘En hoe ziet de angst er uit?’
‘Een klein wezentje, geslachtsloos. Het hangt doodsbenauwd aan mijn arm.’
Ik zag hem echt hangen, angst in de ogen. Had eigenlijk wel met hem te doen.
Van de dame moest ik me eerst concentreren op de wil.
‘Wat zie je?’
‘Ik zie dat het witte bolletje energie naast mijn lichaam zweeft en groter en groter groeit.’
De wil was er dus duidelijk wel. Daar hoefde ik niet aan te twijfelen. Ik wilde maar wat graag naar de top. Ik wilde maar wat graag mijn boeken schrijven.
‘Ga nu eens met je aandacht naar het wezentje, angst.’
Ik zou hem serieus zo van me af kunnen schudden. Zo de afgrond in. Maar dat was niet de bedoeling. Hij had aandacht nodig.
‘Ik wil graag naar de top’, begon ik.
‘Ik niet’, antwoordde het wezentje, en hield zich zo mogelijk nog steviger aan mijn arm vast.
‘Doodeng om over die losse keien te klimmen.’
‘Wil je dan op mijn rug mee? In plaats van aan mijn arm?’
Het wezentje knikte en ik nam hem op mijn rug. Hij hield zich overdreven stevig vast.
‘Voelt het comfortabel, het wezentje zo op je rug?’, vroeg de vrouw.
‘Uhm … nee, niet echt.’
Het was ook niet de juiste manier om het zo op te lossen.
‘Angst? Ik wil heel graag naar de top!’, probeerde ik nog een keer.
‘Ik niet’, kreeg ik nogmaals als antwoord terug.
‘Deze losse keien zijn geweest, die mogen we nu oversteken. We weten dat ze er zijn, maar we hoeven ons er niet door te laten weerhouden! Als we er overheen zijn, kunnen we verder en zul je zien hoe mooi het op de top is!’
Ik verbaasde me over mijn eigen woorden. De keien zijn geweest. Ik mocht het achter me laten. Ik mocht het gaan trotseren. Ik voelde het in mijn lichaam… een vorm van kracht, trots. Ik kon dit aan. Ondanks dat ik niet wist hoe het er op de top uit zou zien, wilde ik er wel voor gaan.
Angst keek me aan en zei:
‘Oké, we gaan er overheen, maar dan ga ik voorop!’
Ik wist niet wat ik hoorde.
De vrouw zei dat ik geen betere gids kon hebben. Mensen die angstig zijn, kijken tien keer beter uit waar ze lopen. Angst was omgezet in ‘lef’ en dat was wat ik nodig had. Ik voelde blijdschap. We zouden het brokkelige pad gaan oversteken. We zouden afscheid nemen van een oud stuk uit mijn laatste relatie. De wil nam als een enorme witte bol weer plaats in mijn lichaam en lef ging voorop. Met elkaar het brokkelige pad over. Ik voelde me zo bijzonder sterk op dat moment. Ik trotseerde een oud stuk, wat me tot nu toe weerhouden had om te passeren en nu deed ik het maar mooi. Stap voor stap gingen we over het brokkelige stuk. En bij iedere stap voelde ik me groeien. Daar ging ik.

Toen we er overheen waren stopten we even. Ik liet een flinke zucht. Verlichting. Ik was er overheen. We hadden de klus geklaard. Ik keek om en zag de massa achter me liggen.
Ja, zo was het; ik mocht het achter me laten. De relatie was een gepasseerd station. Daar hoefde ik niet meer naar terug.
En daar gingen we, verder naar de top. Nog een klein stukje te gaan. Dapper klommen we hoger en hoger. Lef was een fractie eerder op de top dan ik. Er werd me een hand aangeboden en het laatste stukje werd ik naar boven getrokken. We hadden het samen geklaard. En daar stond ik, bovenop de berg.
Na een hap lucht genomen te hebben, keek ik voor me uit. Diezelfde hap lucht werd me op dat moment direct weer ontnomen; wat een uitzicht. Zo enorm wijds. Prachtig.
Overal bergtoppen om me heen, lager dan de top waar ik op stond. En tussen deze bergtoppen zoveel groen van bossen en vlaktes. Oneindig ver. Zo ver als kon ik kijken.
Ik voelde de wind in mijn haren. Ik had het oude stukje pijn overwonnen. Het was uit de weg geruimd, ik was het gepasseerd. Ik had de top bereikt. Wat voelde ik me trots.
Het uitzicht was nu oneindig, en zo was mijn leven ook; ik had een stuk losgelaten, overwonnen en kon nu verder. Zo ver als ik zelf wilde. De wereld lag voor me open, oneindig ver! Adembenemend mooi!